De politionele aanpak van veiligheid bij voetbalwedstrijden in België
De FOD Binnenlandse Zaken wil een nieuw politioneel concept rond voetbalwedstrijden opbouwen om van voetbal opnieuw een feest maken, consequent op te treden tegen onruststokers en de politiefactuur rond voetbalwedstrijden verder reduceren.
Daartoe is door de Politieacademie in de periode december 2006 tot en met mei 2007 een terreinonderzoek uitgevoerd door middel van observaties met mensen uit het werkveld uit zowel België als Nederland. Er werd geobserveerd bij een vijftiental wedstrijden in de Eerste, Tweede en Derde Klasse op thema’s als interactie door Politie, informatievergaring en risico- analyse en arrestatie- en verbaliseringsbeleid. Ook is er voor dit rapport een documentanalyse gedaan van informatie, die verkregen is vanuit de diverse zones en instanties zoals het IVV en de FOD Binnenlandse Zaken.
Over de jaren heen blijkt er sprake te zijn van een afname van incidenten en een afname van het aandeel gewelddadige incidenten. Met de Voetbalwet en daaraan verbonden regelingen is een veelomvattend kader gecreëerd dat zowel in de richting van organisatoren als supporters veel mogelijkheden biedt om een veilig en verantwoord verloop van voetbalwedstrijden te bevorderen. Uit het toegenomen aantal processen verbaal, beslissingen en boetes blijkt dat de Voetbalwet in de loop der jaren steeds vaker is ingezet. Voetbalsupporters lijken zich terdege rekenschap te geven van de sanctiemogelijkheden die de Voetbalwet biedt.
In relatie tot het gehanteerde politionele concept is het opvallend te constateren dat eerdere bevindingen van het comité P nog steeds van toepassing zijn. Uit de cijfers van het IVV blijkt dat er in de afgelopen jaren sprake is geweest van een daling van de politie-inzet. Duidelijk is ook dat in alle zones in meer of minder mate wordt gestreefd naar de overgang van een concept van machtsvertoon naar een ander concept met meer gastheerschap. Deze ontwikkeling is, zoals in diverse zones ook onderkend wordt, nog lang niet voltooid.
Wat opvalt is dat het concept van gastheerschap wel benoemd wordt, maar niet echt gedefinieerd wordt. Het is dan ook niet duidelijk is wat daar precies door wie onder verstaan wordt en op welke wijze en door wie dat uitgedragen dient te worden. In dat opzicht valt vooral ook op dat er bij de ontwikkeling van en het invulling geven aan een concept van gastheerschap weinig of geen betrokkenheid is van clubs en supporters.
Hoewel er goede voorbeelden zijn die passen binnen een concept van gastheerschap, zoals het gebruik van uitstewards, het plaatsen van eenheden uit het zicht van supporters, het ruimte bieden aan supporters, goede voorzieningen voor uitsupporters (gelijkwaardig aan thuissupporters) en het betrekken van buurtbewoners, zijn er ook factoren die afbreuk doen aan een dergelijk concept. Mede als gevolg van het ontbreken van een gemeenschappelijk gedefinieerd en als zodanig gevoeld concept van gastheerschap is dan ook geen sprake van uniformiteit in de bejegening van supporters.
Voor de nadere invulling van een concept van gastheerschap dat er toe bijdraagt dat voetbal steeds meer een feest kan zijn, formuleert het rapport een zogenaamd “low-profile” concept dat aansluit bij ervaringen die in de loop der jaren in diverse landen zijn opgedaan en onderzocht. Het concept sluit aan bij de omstandigheid dat de overgrote meerderheid van voetbalsupporters voor de voetbalwedstrijd komt en niet uit is op incidenten. De introductie van een dergelijk concept vergt verdergaande initiatieven dan tot nu toe genomen zijn, mede in het licht van het feit dat eerder gedane bevindingen nog steeds actueel zijn.
Daarbij dient bedacht te worden dat waar “voetbal als feest” de hoofddoelstelling is, reductie van politiekosten niet de eerste prioriteit is. Het gaat er veeleer om te komen tot een beredeneerde, slimme politie-inzet op basis van het “low profile” concept, dus op basis van en met vertrouwen in goede risico-analyses. Daarvoor is het nodig dat het concept als nationaal beleid vormgegeven wordt: uniformiteit is van groot belang, omdat supporters door het hele land heen wedstrijden bijwonen en het tot problemen en wrijvingen kan leiden als zij met verschillende concepten en benaderingswijzen geconfronteerd worden. Het nationaal beleid dient steeds als kader te fungeren voor een lokale invulling. Uitvoering van het concept vergt actieve betrokkenheid van alle ketenpartners, inclusief supporters(verenigingen). Deze actieve betrokkenheid met actieve communicatie naar alle partners is ook van belang om eventuele weerstanden te kunnen overwinnen. Meer uitwisseling van ervaringen zal ook een belangrijke bijdrage leveren aan acceptatie van het concept. Invoering van het concept zal enige tijd vergen: het is van belang te onderkennen dat er sprake moet zijn en moet kunnen zijn van een leerproces. Het rapport doet een groot aantal aanbevelingen om het concept te implementeren en te monitoren.
Gegevens
Taal waarin het onderzoek is gepubliceerd: |
|
Leden onderzoeksequipe |
|
Betrokken onderzoeksinstellingen |
|
Opdrachtgever(s) |
|
Thema's: |
|